Psychische problemen ontstaan vaak al vroeg: 75% van alle stoornissen openbaart zich vóór het 24e levensjaar. Toch krijgen jongeren met persoonlijkheidsproblemen, zoals borderline persoonlijkheidsstoornis (BPS), vaak pas laat hulp of helemaal niet. Dat komt onder andere door stigma, terughoudendheid bij zorgprofessionals en een versnipperd zorgsysteem. Vroege interventie draagt niet alleen bij aan het voorkomen van verergering, maar vooral de mentale gezondheid, het sociaal functioneren en de maatschappelijke participatie van jongeren versterkt. In deze voorpublicatie van het boek HYPE neemt dr. Christel Hessels je – aan de hand van Tara’s verhaal – mee in haar bevindingen over vroege interventie voor jongeren met persoonlijkheidsproblemen die een oplossing kan bieden voor een dichtslibbende ggz.

Deze voorpublicatie is gebaseerd op hoofdstuk 1, Het nut van vroege interventie bij persoonlijkheidsproblemen, en hoofdstuk 10, Het verhaal van Tara ‘180 graden gedraaid’, van het boek HYPE van dr. Christel Hessels, en is ingekort en bewerkt door de redactie van Boom Psychologie & Psychiatrie.
HYPE: een behandelmodel dat jongeren centraal stelt
HYPE (Helping Young People Early) is een kortdurende, intensieve en samenwerkingsgerichte behandelaanpak, ontwikkeld in Australië en nu ook in Nederland toegepast. Het combineert vroege diagnostiek en behandeling met betrokkenheid van het netwerk van de jongere. HYPE is gestoeld op cognitieve analytische therapie (CAT), waarbij de focus ligt op relationele patronen en emotieregulatie. In onderzoek bleek HYPE een veelbelovende behandeling voor verbetering in functioneren. Met als doel: jongeren helpen een waardevol leven op te bouwen, ondanks hun problemen. Cruciaal daarbij is een niet-stigmatiserende benadering en het accepteren van de behoefte van jongeren aan erkenning, uitleg en realistische hoop.
De mythes voorbij: jongeren willen juist erkenning
Veel hulpverleners deinzen terug voor het stellen van een diagnose bij jongeren onder de 18, uit angst voor stigmatisering. Hessels laat zien dat dit onterecht is. Jongeren hebben juist baat bij duidelijkheid, mits de diagnose op een open en invoelende manier wordt besproken en ondersteunend is aan het samen gaan begrijpen van het verhaal van de jongere. Een jongere zei het treffend:
‘Ik heb liever een label waar een behandeling voor bestaat dan dat ik steeds als een rotkind gezien word.’
Ook de overtuiging dat BPS ‘bij puberteit hoort en vanzelf overgaat’, wordt ontkracht. Bij een risicogroep nemen de klachten juist toe in jongvolwassenheid. En hoewel BPS-kenmerken vaak verminderen, blijven de problemen in functioneren vaak bestaan.
Het model van klinische stadiëring: zie de ernst, niet alleen de leeftijd
HYPE werkt vanuit het model van klinische stadiëring, waarin psychische klachten worden geplaatst op een continuüm van mild naar ernstig en chronisch. Dit model helpt om problemen eerder te herkennen en passende hulp te bieden vóórdat ze verankeren in de persoonlijkheid van een jongere.

Bovenstaand model laat zien waar HYPE zich op richt: stadia 1 en 2. Dan gaat het om jongeren bij wie al persoonlijkheidsproblemen aanwezig zijn, soms in die mate waarin de stoornis vastgesteld kan worden maar bij wie er nog geen sprake is van een chronisch beloop. Niet de kalenderleeftijd, maar de ernst en impact van symptomen op het functioneren bepalen de fase van stadiering en daarmee wat er nodig is in een interventie.
HYPE in de praktijk: het verhaal van Tara
Hoe ziet HYPE er in de praktijk uit? In het boek wordt dit uitgebreid geïllustreerd aan de hand van Tara, een jongere die het hele HYPE-traject heeft doorlopen van diagnostiek tot behandeling. Zonder al te veel prijs te geven, biedt haar verhaal een invoelend en realistisch inkijkje in hoe een vroegtijdige aanpak daadwerkelijk verschil maakt. Van verwarring en vastlopen in het dagelijks leven tot inzicht en grip op zichzelf: Tara’s proces maakt duidelijk hoe essentieel het is om jongeren niet af te wachten, maar hen juist vroeg en op maat te begeleiden.
Tara stelt zichzelf voor
Ik ben Tara en ben 23 jaar als mijn huisarts mij aanmeldt bij HYPE. Tijdens het therapietraject word ik 24. Ik werk als dierenartsassistente bij een dierenartspraktijk en woon bij mijn vader, samen met mijn broer en drie katten. Van jongs af aan heb ik in mijn gezin meegekregen dat emoties niet welkom zijn, ik leerde ze te verbergen en weg te stoppen. Maar goed, dat doet ieder kind toch? Ik kon als klein meisje gewoon genieten van mijn leven, totdat ik dat opeens niet meer kon. Er gebeurde van alles in mijn leven, maar hoe moest ik met al deze gevoelens omgaan? Dat had ik nooit geleerd, dus ik deed wat ik als de enige manier kende, ik stopte mijn gevoelens weg en verborg ze voor iedereen. Ik speelde de rol van het vrolijke meisje, terwijl ik diep van binnen kapotging. De pijn bleef. Ik begon me steeds eenzamer te voelen en voelde me niet gezien. Al die overspoelende gevoelens, ik wist niet wat ik met mezelf aan moest.
Toen ik twaalf was, zat ik zo met mezelf in de knoop dat ik mezelf ging beschadigen. Het werd voor mij een manier om de overspoelende gevoelens een plek te geven en gaf me een uitweg van de diepgewortelde (mentale) pijn. Het toneelstuk werd steeds moeilijker om vol te houden, maar het masker ging elke dag weer op, ik kende geen andere manier. Gewoon doorgaan en niet stoppen om achterom te kijken, dat is wat ik deed. Alles werd steeds zwaarder en het kostte zoveel energie, dat op een gegeven moment ik niet meer kon. Toen ik achttien was zette ik de eerste stap naar hulp. Samen met een lerares van school heb ik mijn ouders ingelicht over mijn problemen. Ze hadden al die tijd niets doorgehad, zij zagen nog steeds het vrolijke meisje van vroeger.
Mijn ouders schrokken erg. Ze wilden helpen, maar wisten niet hoe. Ik heb toen een tijdje gesprekken bij een coach gehad. Die gesprekken waren fijn, maar hielpen niet voldoende. Na een tijdje ben ik daar gestopt, want ik voelde me weer wat ‘beter’. Het masker was na al die jaren zodanig dik geworden dat ik mijn ouders en mezelf ervan overtuigd had dat het beter ging. Ik ging door, ik dacht: ik kan dit wel weer alleen. De nare gedachtes die ik vrijwel constant had, voelden als de normaalste zaak van de wereld, iedereen had die toch?Toen ik merkte dat het nog steeds niet goed ging, vond ik het erg moeilijk om weer de stap naar hulp te zetten. Ik gaf mezelf de keuze: of de rest van mijn leven me zo blijven voelen en het hoogstwaarschijnlijk niet lang volhouden of nu de stap zetten en me openstellen voor de hulp. En zo kwam ik bij HYPE terecht.
De diagnostiek: zorgvuldig, afgestemd en zonder oordeel
De diagnostische fase binnen HYPE vormt een cruciaal vertrekpunt. Deze is niet gericht op het ‘vangen’ van een label of classificatie, maar op het samen in kaart brengen van klachten, functioneren en onderliggende patronen. Daarbij wordt gekeken naar hoe klachten zich ontwikkelen, hoe deze samenhangen met de omgeving en wat de jongere zelf als problematisch ervaart. Er is expliciete aandacht voor het bespreken van de classificatie, stigma’s en twijfels. Dit gebeurt in open dialoog met de jongere en de familie en met ruimte voor nuance. Juist deze benadering blijkt voor jongeren als Tara van grote waarde: het biedt erkenning zonder te etiketteren.
De behandeling: stap voor stap meer vertrouwen
Tara’s behandeling binnen HYPE is opgebouwd rond drie fases van cognitieve analytische therapie (CAT): herformuleren, herkennen en herzien. In de eerste fase werd samen met Tara onderzocht welke relationele patronen ten grondslag lagen aan haar klachten. Daarna oefende ze in het herkennen van deze patronen in haar dagelijks leven, bijvoorbeeld in communicatie met haar leidinggevende of tijdens familievakanties. In de laatste fase werkte Tara actief aan gedragsverandering: meer grip krijgen op emoties, zichzelf op de eerste plaats zetten en duidelijke grenzen stellen naar haar omgeving. De behandeling was intensief, maar gaf haar stap voor stap meer regie en vertrouwen in eigen kunnen.
Samen werken aan herstel en perspectief
Tara’s ervaring laat zien dat het mogelijk is om anders naar persoonlijkheidsproblematiek te kijken met meer ruimte voor ontwikkeling, hoop en samenwerking. Haar verhaal vormt daarmee een krachtige illustratie van de centrale boodschap van HYPE: jongeren verdienen de kans om gehoord en geholpen te worden, juist voordat klachten verankeren of escaleren.
Lees meer in HYPE
HYPE van dr. Christel Hessels biedt hoop en houvast, niet als blauwdruk, maar als stevig onderbouwde aanpak met ruimte voor maatwerk. De eerste resultaten in Nederland zijn veelbelovend. Toch blijft verspreiding een uitdaging, onder andere vanwege hoge scholingskosten en het stigma dat nog steeds aan persoonlijkheidsstoornissen kleeft.
Dit boek is een uitnodiging aan alle zorgprofessionals die met jongeren werken: herken signalen, durf te benoemen wat je ziet en handel vroeg. Want alleen zo geef je jongeren de kans om hun toekomst vorm te geven. Vol met zelfvertrouwen, veerkracht en verbondenheid.