‘Ze wilde liever een behandelaar met meer levenservaring.’ In deze column bespreekt Joeri Tijdink zijn eigen ervaringen als aios, die hem geholpen hebben in zijn ontwikkeling als psychiater. De mentale druk die komt kijken bij het psychiater zijn én bij psychiater worden – die is namelijk niet altijd leuk.
In opleiding is niet leuk
Tijdens mijn opleidingsperiode kwam er een 55-jarige patiënte naar mij toe en vertelde me dat ze niet meer door mij behandeld wilde worden. Ze vond me te jong en wilde liever een behandelaar met meer levenservaring. Ik besprak haar verzoek met enige gene met mijn opleider. Het voelde toch een beetje als falen. Bovendien vond ik – met enige zelfoverschatting – dat ik genoeg levenservaring had. Mijn onervaren geest wilde niet toegeven dat ik nog wel wat groen was achter de oren. Bovendien, ze deed me pijn door me op deze manier te diskwalificeren. Afwijzing doet pijn. Waarom was ik volgens haar te jong? Wat ontbrak er aan mij? De twijfel sloeg bij mij toe.
Door af en toe dit soort afwijzingen mee te maken, word je uiteindelijk een betere psychiater. Leuk is het echter niet. Het is iets wat je je ook moet realiseren. In opleiding zijn is zwaar en soms echt niet leuk. Daar moet je mee om leren gaan en een zeker mentale hardheid ontwikkelen zonder je empathie, verbeelding en authenticiteit te verliezen. Dat maakt het ook verdiepend. Het betekent wel dat je jezelf moet blijven ontwikkelen om goed met deze keerzijde van ons vak om te leren gaan. Gelukkig is dat een belangrijk onderdeel van de opleiding. Er is ontzettend veel ruimte voor inhoudelijke en persoonlijke reflectie. Observeren, gesprekstechnieken, wetenschappelijke kennis tot je nemen, klinische redeneren, samenwerken, luisteren, professioneel gedrag, farmacotherapie, psychotherapie, leertherapie, intervisie, supervisie, mentoraat, leiderschap, persoonlijke ontwikkeling, werk-privébalans. Kortom, je moet veel, heel veel ontwikkelen.
De vraag is wanneer je je voldoende hebt ontwikkeld. Ik denk dat het nooit af is. En dat maakt het zo’n bijzonder en soms ook ongrijpbaar vak. Juist vanwege die ongrijpbaarheid moeten we voorzichtig zijn met het gebruik van platitudes om onze groei uit te drukken. Ze klinken goed, dat wel, maar praktisch zijn ze niet. Dichter bij jezelf zijn. Goed luisteren naar je gevoel. Jezelf accepteren zoals je bent. Zo zijn er tientallen vage begrippen die niet altijd helpen.
Ik denk dat het pas echt helpt als we onze zelfreflecties concreet maken en verbinden aan patiëntenzorg. Het mooie is dat al die eerdergenoemde onderdelen in de opleiding ons voldoende bagage geven om jezelf te ontwikkelen. Die ontwikkeling is nodig om je te wapenen tegen de mentale druk die inherent is van ons vak. Het klinkt misschien gek, maar ons vak is niet voor mentale mietjes (en ik twijfel direct of ik dit wel mag zeggen). Ik bedoel eigenlijk te zeggen, enige eelt en volharding is nodig om het vol te houden en het leuk te vinden en de mentale belasting is gewoon hoog. Dat moeten we niet onderschatten.
En kom op, het hoeft ook niet altijd leuk te zijn. Het leven is een zure bom, zoals een goede vriend mij regelmatig voorspiegelt. En dat is een prima constatering. In het Engels bestaat er de uitdrukking no pressure, no diamonds. Met andere woorden, je moet soms iets vervelends meemaken om te kunnen groeien en te ontwikkelen. En ik beloof je, dat gaat in de opleiding tot psychiater genoeg gebeuren.
Hoe het is afgelopen met die patiënte die mijn tere ziel pijnigde met devalueren en afwijzing?
Ik had gelukkig een wijze opleider. Die had oog voor mijn gekrenkte ziel maar bovenal oog voor de therapeutische relatie. We reflecteerden samen op de narcistische problematiek van de patiënte en kwamen tot de hypothese dat ze, door mij af te wijzen, niet hoefde te starten met de therapie. Het was direct materiaal om tijdens de komende sessies te bespreken. Vol goede moed besprak ik met haar mijn reflecties en ze barste in tranen uit. Het mogelijke vooruitzicht op vermindering van klachten die ik haar had voorgespiegeld voelde aan als een nederlaag. Ze vond dat ze haar problemen dan zelf zou moeten oplossen in plaats van verdragen dat een jong iemand als ik haar zou kunnen helpen. Deze reflecties waren de start van een succesvolle behandeling.
Deze column hoorde je eerder in aflevering 5 van de podcast ‘Aios op de sofa’. Benieuwd naar de hele aflevering over mentale druk of naar de andere afleveringen? Luister ze hier terug!